In de eerste van de twee Superbike races op Portimão vochten Leon Haslam en Max Biaggi de hele race met elkaar voor de overwinning, het was uiteindelijk de Italiaan die met de Alitalia Aprilia de winst pakte.
Max Biaggi dook met zijn Aprilia als eerste de eerste bocht in gevolgd door Leon Haslam, Troy Corser, Cal Crutchlow, Carlos Checa en Shane Byrne. Jonathan Rea kwam in de eerste bocht naast de baan terecht maar verloor niet al te veel plaatsen om als 12e verder te gaan.
Aan de kop van het veld wisten Biaggi en Haslam al snel afstand te nemen van Corser die naarmate de race zou vorderen eerst door Byrne en vervolgens door Crutchlow, Checa, Rea, Haga en James Toseland gepasseerd zou worden. Crutchlow wist daarna al snel Byrne te passeren en probeerde het gat naar de dan op kop rijdende Haslam en Biaggi te dichten.
De Yamaha rijder, die vanaf pole vertrok, leek daarin te slagen want iets voor de helft van de race was het gat kleiner dan een seconde maar toen verremde Crutchlow zich, kwam even buiten de baan maar kon zijn weg nog als derde vervolgens maar keek toen wel tegen vier seconden achterstand aan.
Crutchlow kreeg daarna te maken met Rea die de regerend Supersport wereldkampioen in de eindfase onder druk begon te zetten waardoor Crutchlow andermaal een foutje maakte maar nu onderuit schoof. De Brit raapte de Yamaha nog op en vervolgde zijn race om nog als 14e over de finish te komen.
Aan de kop bleven Haslam en Biaggi de hele tijd met elkaar vechten waarbij een paar keer van positie gewisseld werd. Beide rijders maakten daarbij een paar kleien foutjes maar in de beslissende ronde liet de op dat moment op kop liggende Biaggi geen deuren meer open staan en kwam met 0,200s voorsprong als eerste over de finish.
Rea had na het wegvallen van Crutchlow een ‘makkie’ dankzij een kleine voorsprong op Checa en werd derde voor de Spanjaard en Leon Camier. Byrne werd op iets grotere achterstand zesde voor Toseland die Haga op de finish nog wist te pakken voor de zevende plaats. Achter Haga wisten Corser en Ruben Xaus de BMW’s in de top te krijgen met een negende en een tiende plaats.
Michel Fabrizio leek nog even op weg naar een top tien klassering nadat het in de Superpole mis was gegaan maar ging in de tweede helft van de race een keer wijd en werd daarna nog ingehaald door Smrz en Xaus. De Italiaan sloot zijn race als elfde af.
Naast de crash van Crutchlow ging ook Andrew Pitt onderuit met de Reitwagen BMW. Het Oostenrijkse team kende trouwens weinig geluk want eerde was de BMW van Tamada al stuk gegaan. Ook de Ducati van Jakub Smrz, die op dat moment 12e lag, en de Honda van Neukirchner bleven niet heel.
