De wekelijkse rubriek Finishpraat speelt in op actualiteit, combineert verleden met heden en haalt oude herinneringen op; kortom een verhaal voor de echte motorsportfan. Deze keer gaat het over de periode dat niet Spanjaarden en Italianen, maar Amerikanen en Australiërs domineerden in de koningsklasse.
Je hebt soms het gevoel dat Spanjaarden altijd al een dominant waren in de MotoGP en voorheen 500cc. Een Spaanse winnaar of zelfs een compleet Spaans podium is tegenwoordig niet ongebruikelijk. Toch waren er ook andere tijden, want de eerste Spaanse winnaar van een 500cc race kwam “pas” in 1992, maar daar kom ik later op terug. Spanjaarden waren er wel, maar zij wonnen in de lichtere raceklassen zoals de 50cc – later 80cc – en 125cc. Italianen waren er altijd al denk maar aan de vijftien wereldtitels van Giacomo Agostini in de 350cc en 500cc. Maar er was ook een periode in de jaren 80 en 90 dat de Italianen een bijrol hadden. Tegenwoordig zijn het veelal Spanjaarden en Italianen die winnen in de MotoGP, maar in de jaren 80 en begin jaren 90 was de dominantie van de Amerikanen en Australiërs nog veel extremer. Zelfs zo extreem dat ik het leuk vond om er een Finishpraat over te schrijven.
Kenny Roberts (Senior) werd in 1978 de eerste Amerikaanse wereldkampioen in de 500cc. Bijzonder was dat zijn zoon Kenny Roberts JR dit kunstje in 2000 wist te herhalen. Toch waren eind jaren 70 en begin jaren 80 de Amerikanen nog niet oppermachtig. In 1981 en 1982 wisten Italianen Marco Lucchinelli en Franco Uncini nog een wereldtitel te behalen. Dit was ook de tijd dat wij als Nederland nog wonnen in de koningsklasse met zeges van Wil Hartog (5x), Jack Middelburg (2x) en Boet van Dulmen (1x). Vanaf 1983 begon de dominantie van de Amerikanen, die later gecombineerd werd met Australiërs, pas echt. Europeanen hadden in die tijd een bijrol. Het was zelfs zo ernstig dat er in tien jaar – tussen begin 1983 en eind 1992 – slechts drie keer geen Amerikaan of Australiër wist te winnen. De races die zij niet wonnen hadden ook nog eens een bijzonder verloop. Amerikanen en Australiërs die in dat tijdperk wonnen waren Freddie Spencer, Kenny Roberts, Randy Mamola, Eddie Lawson, Wayne Gardner, Wayne Rainey, Kevin Magee, Kevin Schwantz, John Kocinski en Michael Doohan.
Naast dit rijtje wisten er dus drie Europeanen te winnen tussen 1983 en 1992, waardoor het totaal slechts op dertien verschillende winnaars in 10 jaar kwam te staan. Dit zijn aantallen die we tegenwoordig binnen een paar jaar halen. Sterker nog sinds begin 2020 en nu hebben we alleen al vijftien verschillende winnaars in de MotoGP hebben. In 2022 alleen al staat de teller ook al op vijf verschillende uit zes races. Terug naar de Europeaanse zeges. Christian Sarron won in 1985 op een kletsnat Hockenheim. Ook in 1989 wist Pierfrancesco Chili de veelbesproken ‘stakingsrace’ in Misano te winnen. Ook toen was het nat, zo nat dat de fabrieksrijders in combinatie met het gladde wegdek het te gevaarlijk vonden om te races. De toprijders waren solidair aan elkaar, alleen Chili besloot van de snelle coureurs – naast veel privérijders – om wel te racen en dat leverde boze gezichten bij zijn collega’s op. Maar het leverde Chili ook zijn enige 500cc zege op. Desondanks stond de Italiaan niet vrolijk op het podium doordat zijn collega’s de actie van Chili niet konden waarderen. En dan was er nog de eerste Spaanse 500cc winnaar in 1992. Dit gebeurde tijdens de TT Assen toen bijna alle toppers geblesseerd of uitgeschakeld waren. Criville was een rookie in de 500cc en wist Kocinski op de fabrieks-Yamaha te verslaan, waardoor hij voor een sensatie op Nederlandse bodem zorgde. Criville zou in 1999 de eerste Spaanse 500cc kampioen worden, waardoor hij nog steeds ongekend populair is in eigen land.
Maar we begonnen met Amerikanen en Australiërs. Opvallend was dat er tot 1998 in Amerika en 1989 in Australië geen GP in het land werd verreden terwijl deze landen wel de smaakmakers van die tijd leverden. Ondank dat het qua nationaliteiten veelal hetzelfde was, waren de 500cc races in deze periode wel gaaf. Niet de close racing en wisselende winnaars van nu, maar het was wel spectaculair. Ook waren het echte karakters die ook compleet verschillend waren. Denk aan publiekslievelingen als Schwantz en Mamola en strategische rijders als Lawson en Rainey, die over het algemeen zeer zakelijk overkwamen. Maar ook de titelstrijd tussen de jonge Spencer en de ervaren Roberts – die bezig was aan zijn laatste seizoen – in 1983 was spectaculair. Er werd gereden op legendarische circuits als Monza, Salzburgring, Anderstorp en Spa Francorchamps. Het is zeker de moeite waard om eens wat van deze oude beelden op te zoeken. Het grootste verschil is de rijstijl die de rijders toen vergeleken met nu hanteren. Dat heeft een enorme transitie doorgemaakt.
Het hoge onderlinge niveau in Amerika en het dirt track racen was vanaf eind jaren 70 de juiste basis om te scoren in de 500cc Grand Prix, net als het sterke kampioenschap, vele trainingsmogelijkheden en de talentencompetities die er momenteel voornamelijk in Spanje zijn. Dit zorgt ervoor dat Spanjaarden en in het kielzog Italianen met onder andere hun VR46 Academy nu de dienst uitmaken in de GP’s. Toch is een Fransman op dit moment de regerend wereldkampioen, maar het is niet toevallig dat Fabio Quartararo al op zeer jonge leeftijd in Spanje reed.
Tot volgende week,
Asse Klein
Racesport.nl Supporter
Bent u een trouwe bezoeker van deze website, wilt u het werk van het Racesport.nl redactieteam mede ondersteunen en daarnaast ook nog eens regelmatig kans maken op fantastische prijzen?
Word dan nu Racesport.nl supporter. Meer info: www.racesport.nl/supporter