Finishpraat: Nederland is goed bezig op WK-niveau

De wekelijkse rubriek Finishpraat speelt in op actualiteit, combineert verleden met heden en haalt oude herinneringen op; kortom een verhaal voor de echte motorsportfan. We hebben twee motorsportweekenden vol met Nederlandse successen gehad.

Ik mag al jaren motorsportevenementen bezoeken en heb al ontzettend veel races live gezien, maar wat ik in Jerez meemaakte was een primeur; getuige zijn van een Nederlander die een Grand Prix wint. En hoe! Collin Veijer reed fantastisch waarbij hij ruim zeventien van de negentien ronden aan de leiding reed. En dat terwijl hij constant druk van rijders achter hem had. En wat ik vooral zo mooi vind; Collin blijft zichzelf en heerlijk nuchter. Van Collin kunnen we nog lang genieten in de Grand Prix. Hopelijk kan hij zijn uitzonderlijke talent in de toekomst ook laten zien in de Moto2, zodat we ooit weer een Nederlandse MotoGP rijder gaan krijgen.

Ik besefte mij dat het vanuit Nederlands oogpunt twee bijzondere raceweekenden zijn geweest. In iedere WK-klasse behalve de MotoGP heeft er wel een Nederlander vooraan meegestreden. Daarnaast werd er door de zeges van Collin en Glenn van Straalen binnen acht dagen tweemaal het Wilhelmus afgespeeld. We moeten als Nederlandse motorsportfans beseffen dat dit vrij uniek is. We hebben dit al lang niet meer meegemaakt en het is belangrijk om onze talenten te koesteren. Tijdens de WorldSBK in Assen won Glenn een World Supersport race, reed Michael van der Mark vooraan mee in de World Superbike. In de World Supersport 300 racen er al jaren Nederlanders vooraan met onder andere twee wereldtitels van Jeffrey Buis. In Assen was Loris Veneman dichtbij een zege met een mooie tweede plaats. Kortom in de WorldSBK-paddock strijdt er in iedere klasse minimaal één Nederlander vooraan mee.

En dan in de Grand Prix. Collin heb ik al benoemd, maar in de Moto2 stond vrijdagmiddag Zonta van den Goorbergh ook meerdere keren bovenaan op de tijdlijst. En dat gewoon op een droge baan en op een circuit waar iedereen zeer bekend – en dus snel – is. Natuurlijk is dat maar vrijdagmiddag, maar het geeft wel aan welke stappen Zonta in zijn snelheid heeft gezet. Zonta’s uitdaging is om zijn snelheid om te zetten in een passende uitslag in de kwalificatie en race. Dat klinkt simpel, maar dat is het niet. Maar als hem dit lukt, dan gaat Zonta dit jaar ook nog hele mooie dingen laten zien. Bo Bendsneyder heeft een lastige seizoensstart en met de blessures van afgelopen weekend erbij maakt het voor hem zeker niet makkelijker om zijn weg naar boven te vinden. Veel beterschap Bo! En om het Nederlandse motorsportsucces op WK-niveau compleet te maken, behaalde Wayne Tessels vorig week nog een podiumplaats in de 24 uur van Le Mans. Een race die meetelt voor het World Endurance kampioenschap.

Qua Nederlands succes op WK-niveau zijn het dus zeer goede tijden en ik zou ook bijna willen zeggen; geniet er nu van, want het kan zeker nog wel weer even duren voordat we weer zo’n lichting krijgen met een groep rijders die vooraan kunnen meedoen op WK-niveau. Er zitten wel een aantal talenten aan te komen. Zo zijn Twan Smits en Melvin van der Voort twee jonge Supersport rijders die zo goed als klaar zijn voor de stap naar WK-niveau, maar dan race je nog niet zomaar vooraan. Voor aanwas naar de Grand Prix wordt het op korte termijn zeer lastig. De JuniorGP en Red Bull Rookies Cup zorgen vanuit Europa voor de aanvoer naar het Moto3 wereldkampioenschap. Voor de Nederlanders is de Red Bull Rookies Cup de meest realistische weg in combinatie met racen in Italië of Spanje. De Red Bull Rookies Cup heeft na het vertrek van Veijer geen Nederlandse deelnemer meer gehad. Er rijden wel een aantal Nederlanders goed in de Northern Talent Cup, maar dat is op dit moment nog geen route naar de Grand Prix gebleken. Wellicht enkel voor de echte talenten richting de World Supersport 300 zoals Loris Veneman heeft laten zien. Het is ook geen goede ontwikkeling dat er momenteel nog maar één Nederlander in het JuniorGP kampioenschap rijdt. Dat is Collin’s neefje Kiyano Veijer in de European Talent Cup. Maar hij is nog maar 15 jaar en zou dus pas over drie jaar in de Grand Prix kunnen racen. Want de instapleeftijd in de Grand Prix is 18 jaar. Maar eerst moet Kiyano nog naar dat niveau toegroeien en aantonen dat hij dit uiteindelijk ook kan. En dat is nog lange weg. Daarnaast racen er ook nog een aantal zeer jonge rijders – tussen de 10 en 14 jaar – in Italië en Spanje. Daar worden zeker wel successen geboekt, maar ook dat is nog een zeer lange en tevens kostbare route – met veel onzekerheden – naar de Grand Prix. En het belangrijkste; je moet – zeker als Nederlandse rijder – echt een uitzonderlijk talent zijn wil je in de Grand Prix terechtkomen. We gaan het zien. De conclusie van het verhaal; wees blij en trots op de Nederlandse rijders – Collin, Zonta, Bo, Michael, Glenn, Jeffrey, Loris en Ruben – die wij momenteel in de Grand Prix en WorldSBK paddock hebben!

Tot volgende week,
Asse Klein

Volg Racesport.nl ook via de onderstaande social mediakanalen

Facebook | Instagram |  X | Threads | YouTube