Exclusief interview met BMW baas Marc Bongers: “MotoGP project is een gigantische uitdaging”

Tijdens de Nederlandse World Superbike ronde op het TT Circuit Assen hadden we de kans om te spreken met Marc Bongers. De Nederlander was jarenlang directeur van BMW Motorrad Motorsport maar richt zich dit jaar uitsluitend op het World Superbike kampioenschap. Met de komst van Toprak Razgatlioglu naar de Duitse motorenfabrikant zijn dit jaar tot dusver al drie overwinningen behaald.

Hij spreekt inmiddels bijna beter Duits en Engels dan Nederlands maar een Nederlander is Marc Bongers nog steeds. De 53-jarige Bongers begon na zijn studie aan de technische universiteit bij BMW tuner Hartge waarna hij onder andere werkzaam was bij Lotus en Ascari. De eerste stappen in de motorsport werden gezet bij het Formule 1 team van Sauber in 2000 waarna hij in 2005 overstapte naar het BMW Williams team dat toen gevestigd was in München.

Een jaar later werd dat het BMW Sauber F1 Team waardoor hij weer met zijn collega’s van het Zwitserse team kon werken. In 2009 stapte BMW uit de Formule 1 maar het leven in Beieren en werken voor BMW beviel hem dusdanig goed waardoor hij daar is gebleven, en nog steeds woonachtig is. In 2012 en 2013 was Bongers verantwoordelijk voor het klanten raceprogramma waarna hij in 2016 technisch directeur werd van BMW Motorrad Motorsport.

Toen voormalig BMW Motorrad CEO Markus Schramm besloot om met het merk als fabrieksteam terug te keren in de World Superbike klasse werd Bongers directeur van BMW Motorrad Motorsport. Sindsdien is hij betrokken bij en hoofdverantwoordelijke van van het World Superbike programma van BMW Motorrad. Dit jaar heeft de Duitse motorenfabrikant voormalig wereldkampioen Toprak Razgatlioglu in de gelederen naast Michael van der Mark maar ook Scott Redding en Garrett Gerloff, een combinatie die tot dusver al voor de nodige successen heeft gezorgd.

Jullie zijn op een goede manier naar Assen gekomen. Toprak heeft zijn eerste twee wedstrijden gewonnen en ook Michael zat er in Barcelona goed bij. Een positieve trend lijkt ingezet.
Marc Bongers: Eerlijk gezegd hadden we niet echt verwacht dat deze resultaten al zo vroeg zouden komen. Tijdens de wintertests zaten we er al goed bij maar meestal hadden we dan niet echt een referentie. Eerst kon Toprak nog niet meerijden bij ons vanwege het contract met zijn vorige werkgever en vervolgens hebben we meerdere keren te maken gekregen met slechte weersomstandigheden. Ondanks dat verliep het volgens ons gevoel toen best wel goed maar als de concurrentie er niet bij is weet je niet precies waar je staat.

In januari en februari – met concurrentie op de baan – werd het duidelijk dat we er wel goed bij zaten. We hadden echter al voor onszelf gezegd dat de eerste twee raceweekenden in Australië en Barcelona moeilijk voor ons zouden zijn vanwege de layout van die circuits, in Phillip Island kregen we dan ook nog het probleem met de banden erbij. Daardoor was het voor ons een extra verrassing dat we er in Barcelona zó goed bij zaten. Na de test daar dacht ik dat het misschien mogelijk zou zijn om dichtbij het podium te komen maar pole position, een snelste ronde, twee overwinningen en een derde en een vierde plaats was wel beter dan verwacht.

Op welk gebied moet de huidige BMW M 1000 RR dan nog iets verbeteren ten opzichte van de concurrentie?
Het is lastig om één gebied te noemen, op WK-niveau moet gewoon alles kloppen. Ik kan dan niet één ding van de motorfiets benoemen, er zijn zoveel zaken die uiteindelijk een rol spelen. Bijvoorbeeld ook de sfeer in het team en de manier waarop alle crews samenwerken. In de eerste twee raceweekenden (Phillip Island en Barcelona) maakten we ons zorgen voor het accelereren uit lange snelle bochten omdat dat in het verleden voor ons een lastig punt was, maar de races in Barcelona hebben ons laten zien dat dat goed zit.

BMW is eigenlijk de enige fabrikant met een volwaardig testteam. Hoe belangrijk is de input geweest van Sylvain Guintoli en Bradley Smith?
Halverwege vorig jaar hebben we voor het eerst kunnen zien dat het hebben van een testteam de vruchten afwerpt en dat we er een voordeel uit kunnen halen. Als je met veel nieuwe onderdelen komt heb je daar tijdens een raceweekend bijna geen tijd voor om deze te testen. Als je bijvoorbeeld met vijf nieuwe items komt, die met de simulaties al goed bevonden zijn, laat je deze testen door de testrijders. Als hun feedback vervolgens ook positief is, en de data dit ondersteunt, neem je één of twee van deze items mee naar een raceweekend. Dan weet je vrijwel zeker dat ook de racecoureurs er hun voordeel uit weten te halen en zo win je tijd. Dit is vooral belangrijk omdat we ook gelimiteerd zijn wat betreft het aantal testdagen, niet alleen qua tijd maar ook qua logistiek en materiaal.

Naast het geven van de feedback is het ook belangrijk dat testrijders snel genoeg zijn en op een vergelijkbaar niveau rijden als de racecoureurs. Het hangt natuurlijk af van wat je precies test maar het is wel belangrijk dat een testcoureur binnen hetzelfde gebied zit qua rondetijd.

Verder is er ook ander ‘simpel’ werk dat testcoureurs kunnen uitvoeren, zoals het ‘inremmen’ van remschijven en remblokken of het inrijden van een nieuw motorblok. Ook dat is weer een voordeel zodat je racecoureurs vanaf de eerste ronde tijdens een raceweekend meteen voluit kunnen gaan.

We zien ook de chemie tussen Toprak en Michael die naast teamgenoten ook goede vrienden van elkaar zijn, dat zie je bij geen enkel ander team. Is dat bevorderlijk voor het project, en hoe belangrijk is dat om dit vast te houden binnen het team?
Dat is zeker belangrijk en ook een belangrijk puzzelstuk geweest van de algehele prestaties tot dusver dit jaar. Het mag zeker niet onderschat worden hoeveel dat heeft betekend. We hebben daarom vorig jaar ook al vroeg besloten om onze twee teams in deze vorm neer te zetten (Michael van der Mark bij het fabrieksteam, Scott Redding bij Bonovo, red.), wetende dat Michael en Toprak in het verleden hebben samengewerkt en heel goed met elkaar overweg kunnen.

Met de komst van Toprak hebben we ook een aantal crewleden moeten integreren omdat hij er, met onze goedkeuring, een paar heeft meegenomen. Beide crew chiefs (Markus Eschenbacher en Phil Marron, red.) hebben eerder al veel met elkaar samengewerkt en zijn twee handen op één buik, dat is geweldig. Ik was er zelfs door geroerd toen Toprak tijdens de kwalificatie in Barcelona, na zijn eerste snelle ronde, aan de kant ging op het rechte stuk om Michael voor te laten voor zijn tweede snelle ronde. Tussendoor communiceerden ze met elkaar en gaven ze elkaar tips waar het nog iets beter kon, daardoor hebben ze toen beiden hele snelle rondetijden weten te rijden (Razgatlioglu op pole position, Van der Mark op P4, red). Dat merk je in het hele team. Natuurlijk zijn goede resultaten altijd een boost voor iedereen in het team maar als je die twee jongens zo aan het werk ziet is dat geweldig.

We hebben gehoord dat Markus Flasch, de nieuwe CEO van BMW Motorrad, tot dusver niet ontkend heeft dat er plannen zijn om in 2027 toe te treden tot de MotoGP klasse. Er komen nieuwe technische reglementen aan; zou dit interessant zijn voor BMW om te doen en is zoiets een mooie technische uitdaging?
Daar valt geen simpel antwoord op te geven. Ik denk dat iedereen de MotoGP óók een prachtig kampioenschap vindt, en ik zeg duidelijk ‘ook’ omdat we momenteel in het World Superbike kampioenschap geweldige races zien. Qua grootte is het natuurlijk niet vergelijkbaar.

Als je naar het technische aspect kijkt heeft een MotoGP machine natuurlijk een hele andere basis. Onze M 1000 RR Superbike wijkt in detail sterk af van het productiemodel maar je hebt een basis met hetzelfde frame, motorblok, geometrie en aerodynamica waar je niet veel aan kunt doen. Een MotoGP machine is volledig prototype en biedt daarmee een gigantische uitdaging. Het heeft heel veel budget, personeel maar vooral een lange adem nodig.

Markus Flasch sluit het voor de toekomst niet uit maar voordat er een besluit zal worden genomen moet er nog veel werk verricht worden. Er moet uitgezocht worden wat er daadwerkelijk allemaal benodigd is, niet alleen qua technische uitdaging maar ook wat het uiteindelijk oplevert voor het merk BMW. Het WK Superbike is product gerelateerd en de MotoGP is merk gerelateerd en daardoor is de basis om een dergelijk besluit te nemen heel anders. Voor een ingenieur is het een gigantische uitdaging maar alleen als het project goed op poten is gezet, dat kun je niet binnen een aantal maanden beslissen.

Ik heb vanuit de MSMA gehoord dat de nieuwe reglementen na Jerez bekendgemaakt gaan worden en dan is er waarschijnlijk een duidelijkere meetlat van wat het totale kostenplaatje gaat zijn. Het zal dus allemaal nog wel even duren maar het is een optie.

Dan iets heel anders, hoe belangrijk is de Isle of Man TT voor BMW? Het is natuurlijk een heel groot en historisch evenement en de laatste jaren heeft BMW er heel goed gepresteerd.
Bij ons valt de Isle of Man TT onder de klantensport maar het is een gigantisch evenement met ontzettend veel prestige en ook een enorme reikwijdte. We ondersteunen dat vanuit de fabriek en rijden daar met min of meer dezelfde motor als waarmee we in het WK Superbike rijden. Peter Hickman, Michael Dunlop en Ian Hutchinson hebben daar door de jaren heen al veel overwinningen voor ons behaald. Dat is natuurlijk heel positief voor het merk omdat het zo´n grote reikwijdte heeft maar het is niet alleen het product BMW waar het daar om gaat, de rijder speelt natuurlijk ook een hele grote rol. Iedereen die daar rijdt weet wat ze doen maar het heeft het toch een bepaalde bijsmaak.

Hoe dan ook, vanwege de omvang en de prestige van het evenement is het belangrijk maar het is niet iets waar je naar toe kunt om bijvoorbeeld iets te ontwikkelen. Om het wat betreft het materiaal veilig te houden leveren we daar technische ondersteuning aan verschillende partnerteams. Ik ga er zelf dit jaar ook weer heen samen met Markus Flasch en het hele evenement geeft toch altijd kippenvel.

Het duurt nog even voordat we de World Superbike coureurs en teams weer in actie gaan zien tijdens een raceweekend. De vierde ronde van het kampioenschap staat gepland in het weekend van 14 t/m 16 juni op het Misano World Circuit Marco Simoncelli, voor die tijd zullen de meeste teams echter nog op het Italiaanse circuit testen terwijl sommige teams ook al eerder gaan testen op Cremona, het Italiaanse circuit dat dit jaar voor het eerst op de WorldSBK kalender staat.

Volg Racesport.nl ook via de onderstaande social mediakanalen

Facebook | Instagram |  X | Threads | YouTube