De Internationale wegracetopper van toen: Christian Sarron

4690
christian-sarron
Christian Sarron - seizoen 1988

De Internationale wegracetopper van weleer, waar is hij/zij gebleven, wat doet hij/zij tegenwoordig en hoe kijkt hij/zij tegen de huidige wegracesport aan? Na het succes van de Nederlandse wegrace topper van toen gaan we nu internationaal met de rubriek ‘De internationale wegracetopper van toen’. In deze rubriek stellen we deze helden van weleer allemaal een serie (dezelfde) vragen. Deze week: Christian Sarron.

cmsnl.com
Deze rubriek wordt mede mogelijk gemaakt door CMSNL, de grootste online leverancier van originele (classic) motoronderdelen. Met maar liefst 4,2 miljoen beschikbare onderdelen en een uitgebreid assortiment dat zelfs de onderdelen omvat die andere leveranciers niet meer kunnen krijgen, is CMSNL dé plek voor al je motorbehoeften. Neem daarom vandaag nog een kijkje op CMSNL.com voor jouw volgende motorproject!





 

  • Naam: Christian Sarron
  • Bijnaam: Ik had er meerdere. Mijn monteur Iain Mackey heeft me een tijdje ‘Tarzan’ genoemd maar ik weet niet precies waarom. Ook werd ik regelmatig ‘Mr. Clean’ genoemd omdat ik altijd mijn helm, overall en laarzen aan het poetsen was. Ik wilde dat alles altijd netjes was. Ook werd ik ‘Prince of the rain’ genoemd omdat ik altijd snel was in de regen.
  • Geboren op: 27-3-1955
  • Nationaliteit: Frans
  • Woonplaats: Ryon
  • Start wegrace carrière: 1975. Ik was 20 jaar oud en was nog nooit op een circuit geweest, laat staan dat ik al eens geracet had. Ik begon in de Cup Kawasaki in Magny-Cours met 300 deelnemers waarbij er drie kwalificaties verreden werden. Een jaar later werd ik de vervanger van Patrick Pons bij het Sonoto Gauloises team en reed ik in de zwaarste klasse op WK niveau.
  • Actief geweest in: Cup Kawasaki, Frans 750cc kampioenschap, 250cc en 500cc Grand Prix, WK Endurance
  • Aantal titels: 250cc wereldtitel in 1984
  • Einde wegrace carrière: In 1990 stopte ik als Grand Prix coureur maar als teammanager van het Yamaha France Endurance Team heb ik nog samen met mijn broertje (Dominique) en Yasutomo Nagai in 1994 de Bol d’Or gewonnen.
  • Huidig beroep: Ik ben eigenaar van een kartbaan in mijn woonplaats Ryon, samen met mijn jongere broer Dominique. Daarnaast ben ik nog betrokken bij een aantal evenementen van Yamaha.

Hoe ben je destijds in aanraking gekomen met de wegracesport?

Dat is ook voor mij nog steeds een vraag. Ik kende niemand uit de racewereld of mensen die er bij betrokken waren. Ik was volledig ‘autodidact’ (zelflerend) want niemand heeft me ooit iets van advies gegeven betreft het rijden of het afstellen van de motor. Ik heb het mijn hele carrière alleen gedaan en heb door de jaren heen ook mijn rijstijl aangepast, nooit heeft iemand me geadviseerd of gecoacht.

Met welke coureur mooiste gevechten gehad op de baan?

Ik moet het eerst opdelen in twee tijdperken. De eerste was 1976-1977 toen ik vaak duels had met de topcoureurs zoals Giacomo Agostini, Steve Baker, Kenny Roberts sr., Johnny Cecotto, Barry Sheene en Greg Hansford. Het tweede tijdperk was met rijders als Eddie Lawson, Freddie Spencer, Wayne Rainey, Kevin Schwantz, Kevin Magee, Wayne Gardner en later ook nog Mick Doohan. Ik had de meeste duels denk ik met Gardner.

Beste motorfiets waar je op gereden hebt en waarom?

Dat is de fabrieks Yamaha YZR500 aan het einde van mijn carrière. Destijds werden deze machines de ‘unrideables’ genoemd en op dat moment reden we met de ‘screamer’ motoren die heel piekerig vermogen leverden. Ze waren heel krachtig maar het vermogen kwam heel abrupt, dat maakte het behoorlijk moeilijk om deze onder controle te houden. Op het moment dat je deze motoren wel onder controle had gaf het een geweldig gevoel. Later heb ik nog de ‘big bang’ motor geprobeerd waar Freddie Spencer destijds mee reed, de vermogensafgifte was vele malen soepeler dan waar ik daarvoor mee geracet had. Toch ben ik blij dat ik alleen maar met de ‘screamers’ gereden heb want dat waren waarschijnlijk de moeilijkste motoren.
Als ik de tweetakt Grand Prix motoren vergelijk met de viertaktmotoren waarmee ik in het WK Endurance heb gereden valt er bijna niets te vergelijken, het is compleet anders.

Favoriete circuit waar je hebt gereden en waarom?

De eerste die in mij opkomt is Spa-Francorchamps vanwege de snelle bochten maar het was natuurlijk wel heel gevaarlijk. In 1988 had ik daar pole position en was ik 2,1 seconden sneller dan de als tweede gekwalificeerde Wayne Gardner, en 2,6 seconden sneller dan Eddie Lawson op de derde plaats. In die tijd moesten we strijden tegen de FIM en hebben we Mike Trimby aangenomen om die strijd voor ons te voeren voor veiligere circuits en betere faciliteiten in de paddocks.
Daarnaast heb ik ook geracet op de oude 22-kilometer lange Nürburgring. Om er te rijden is fantastisch – je hebt maar liefst 172 verschillende bochten dus het is een geweldige uitdaging – maar aan de andere kant is het ook extreem gevaarlijk. Ook reed ik altijd heel graag op Paul Ricard.
Mijn minst favoriete circuit was Anderstorp in Zweden want het waren bijna alleen maar bochten in de tweede versnelling en ook weinig verschillende bochten. Ik vond het saai om er te rijden maar heb mezelf uiteindelijk geforceerd om er het beste van te maken. Daardoor heb ik denk ik mijn beste Grand Prix ooit daar gereden in 1989. Ik startte als voorlaatste en eindigde als tweede want ik wilde me niet bemoeien in de strijd voor het wereldkampioenschap tussen Eddie Lawson en Wayne Rainey, die net als ik ook op een Yamaha reden. Ik reed achter hen en had al meerdere keren achter elkaar het ronderecord verbeterd maar besloot erachter te blijven rijden. Vervolgens ging Rainey vlak voor mij onderuit en verloor hij daarmee der wereldtitel. Ik moest hard remmen en liep een achterstand op Lawson op waardoor ik hem niet meer kon achterhalen, hoe dan ook was het waarschijnlijk mijn beste race die ik gereden heb.

Wat is het meeste vreemde, hilarische wat je hebt meegemaakt in de racerij?

In één van de eerste Grands Prix waaraan ik deelnam reden we in Opatija (nu Kroatië, voormalig Joegoslavië), het was één van de meest gevaarlijke circuits waar ik ooit gereden heb. Ik was heel gestrest en er waren al twee coureurs overleden tijdens de trainingen. De startprocedure was destijds anders dan nu en je moest een paar minuten wachten op de grid voordat je aan de race begon, er was geen verkenningsronde. Het was heel warm dus ik had mijn overall van mijn schouders afgedaan. Met nog één of twee minuten te gaan voor de start probeerde ik mijn overall weer aan te trekken maar het lukte niet, ik kon de rits niet helemaal dichtdoen omdat er iets in de weg zat op m’n rug. Ik vroeg m’n monteur om te kijken wat er was en hij haalde de kleerhanger uit m’n pak. Ik heb nog veel meer van dit soort verhalen maar op dat moment was het wel grappig, vooral omdat iedereen toen zo gestrest was.

Heb je een speciale herinnering aan racen in Nederland?

Ik heb er velen. Eén is dat ik op de eerste startrij stond en ik moest een bandenkeuze maken omdat het heel bewolkt was en er dus een grote kans was dat het ging regenen. Ik koos voor slicks en ik startte goed maar de race werd vervolgens onderbroken omdat het ontzettend hard regende. Voor de herstart moest ik opnieuw een keuze maken: zou het snel opdrogen of niet? Opnieuw maakte ik de juiste keuze maar de race zou vervolgens nog een keer gestopt worden. De derde keer maakte ik helaas de verkeerde bandenkeuze dus zou ik niet winnen. Het was al vrij bijzonder dat de race twee keer gestopt was, destijds werd bijna nooit een race gestopt.
Een andere herinnering die ik heb is dat ik in 1984 aan de leiding reed in de 250cc race en dat één van de carburateurs stukging. Gelukkig zou ik later alsnog kampioen worden maar dat moment was wel erg moeilijk.

Wat is het mooiste wat je aan het racen hebt overgehouden?

Dat is denk ik de wetenschap dat we als mens nooit weten waar onze limieten zijn, en dat je je grenzen kunt verleggen als je daartoe bereid bent. Ik wilde mijn grenzen altijd verleggen en dat was voor mij de sleutel in mijn carrière. Ik had nooit gedacht dat ik een racer zou kunnen zijn, laat staan wereldkampioen, maar ik bleef zoeken naar meer. Je moet nooit denken dat je je limiet bereikt hebt en altijd streven naar meer en beter.
Om eerlijk te zijn heb ik gedacht dat ik mezelf om het leven zou brengen met het racen, veel vrienden van mij zijn ook overleden tijdens het racen. Het klinkt misschien heel raar maar doordat ik het heb overleefd ben ik nu ook niet meer bang voor de dood. Ik ben nu 69 maar ik heb 100% geleefd.

Wat ben je gaan doen na je actieve wegrace carrière?

Ik werd teammanager van Yamaha France en later ook Yamaha ambassadeur, ik ben importeur geweest van Arai en Nankai, ik ben twaalf jaar lang Grand Prix commentator geweest bij de Franse televisie en heb nu nog een kartbaan in mijn woonplaats Ryon.

Ben je nog op de één of andere manier betrokken bij de sport?

Als ambassadeur van Yamaha ben ik nog regelmatig aanwezig bij de Yamaha Racing Experience evenementen en andere ‘Classic’ evenementen in Europa.

Op welke motor uit het heden of verleden zou je willen rijden?

Yamaha heeft nu een nieuwe motor uitgebracht in de kleurstelling van de racemotoren uit mijn tijd, de XSR900GP. Daar zou ik wel eens op willen rijden. Daarnaast zou ik nog wel eens op mijn 500cc Grand Prix motor willen rijden maar daar zijn momenteel bijna geen onderdelen voor te krijgen, tijdens de classic evenementen rijden we dan met een 750cc blok.

Welke huidige coureur heb je veel respect voor en waarom?

Ik heb respect voor alle coureurs. Ik ben natuurlijk heel trots dat Fabio Quartararo wereldkampioen is geworden op een Yamaha, ook ben ik een fan van Marc Márquez omdat het altijd spectaculair is om hem te zien te rijden. Toen ik nog commentator was zei ik over een bepaalde rijder in de Moto3 klasse dat hij ooit MotoGP kampioen zou worden, dat was Pecco Bagnaia. Ook keek ik in mijn tijd als commentator graag naar Jorge Lorenzo, zijn rijstijl was geweldig. Dat geldt ook voor Casey Stoner.

Wie zie je als het grootste (huidig actief) wegracetalent en waarom?

Marc Márquez en Pecco Bagnaia.

Wie worden in 2024 MotoGP & WorldSBK wereldkampioen?

Hetzelfde antwoord als hierboven, ook zal Jorge Martin nog heel dichtbij komen. Ik denk dat Bagnaia over een heel seizoen net iets sterker is dan Martin maar hij is altijd sterk. Márquez gaat dit jaar misschien niet meedoen voor de titel maar volgend jaar zeker wel.

Het World Superbike kampioen volg ik niet echt op de voet maar ik heb veel goede dingen gezien van Toprak Razgatlioglu. Onlangs won hij drie races in één weekend dus hij is heel getalenteerd. Daarnaast is hij ook één van de weinige jonge coureurs die is opgegroeid in de Superbikes en niet vanuit de Grand Prix paddock is overgekomen.

Hoe kijk je met jouw ervaring aan tegen de huidige ontwikkelingen binnen de internationale wegracesport? 

De MotoGP is momenteel heel mooi om naar te kijken. De races zijn allemaal heel spannend en er zijn meerdere coureurs die kunnen winnen, niemand kan echt domineren. Wat ik daardoor ook moeilijk kan begrijpen is dat een bepaalde rijder de ene race kan winnen en de volgende race ineens tiende wordt. Dat komt waarschijnlijk door de elektronica die perfect moet zijn, de rijder kan dan niet zozeer het verschil maken als in mijn tijd.

Eerdere items:



Volg Racesport.nl ook via de onderstaande social mediakanalen

Facebook | InstagramX | Threads | YouTube   



       Vrijwillige bijdrage     

Bent u een trouwe bezoeker van deze website, bent u tevreden met het door ons gebrachte gratis te lezen motorsportnieuws en wilt u het werk van het Racesport.nl redactieteam mede ondersteunen?

Dat kan d.m.v. een vrijwillige bijdrage via de betaallink vrijwillige bijdrage Racesport.nl  of door een bijdrage over te maken naar het volgende bankrekening nummer:

NL31 BUNQ 2035 9539 44 t.n.v. ES Event & Sports Promoter, onder vermelding van ‘vrijwillige bijdrage Racesport.nl’



Op maandagochtend de wekelijkse Racesport.nl nieuwsbrief ontvangen? Uw e-mailadres invullen en op de ‘inschrijven’ button klikken is voldoende.