Dani Pedrosa heeft een schitterende carrière achter de rug in de koningsklasse. Hij startte 181 races, won er 29 en stond 103 keer op het podium. Hij werd drie keer tweede in de MotoGP-serie (in 2007, 2010 en 2012), maar een titel in de koningsklasse is hem tot nu toe ontgaan. Door de geschiedenis van het Wereldkampioenschap zijn er ongelooflijk getalenteerde coureurs geweest, zoals Pedrosa, wier capaciteiten schitterend zijn gebleken, maar die om de één of andere reden de kroon tot wereldkampioen hebben gemist. Hieronder vind je ze!
1. Sete Gibernau
Gibernau, neef van Paco Bultó (oprichter en eigenaar van motorfabrikanten Montesa en Bultaco), arriveerde in 1997 in de 500cc-klasse in het team van Wayne Rainey en het seizoen daarop voegde hij zich bij Repsol Honda om op de beroemde NSR500 te rijden. Na de pensionering van Mick Doohan erfde Gibernau de driecilinder NSR500 en zijn carrière ging vanaf dat moment in stijgende lijn (zijn twee jaar bij Suzuki daargelaten). In 2005, na het beroemde incident in de laatste bocht met Rossi in Jerez, nam het geluk van Gibernau een neerwaartse wending en herstelde hij nooit echt.
2. Randy Mamola
De Californische Mamola was een steunpilaar in de jaren ’80, gedurende welke tijd hij reed voor Yamaha, Suzuki, Honda en Cagiva. Ondanks dat hij 13 GP’s won en 54 podiumplaatsen behaalde, eindigde Mamola nooit hoger dan de tweede plaats in het klassement. Sterker nog, hij werd vier keer tweede; 1980, 1981, 1984 en 1987. Hij had de ‘pech’ om tegelijkertijd te rijden met legendes als Eddie Lawson, Freddie Spencer en Wayne Gardner.
3. Max Biaggi
Max Biaggi evenaart Mamola door dertien races in de koningsklasse te winnen, maar geen titel. Als je bij legale bookmakers had ingezet op een MotoGP-titel voor Biaggi dan was je dus van een koude kermis thuis gekomen. Biaggi stond niet alleen bekend om zijn vier opeenvolgende 250cc-titels (van 1994 tot 1997) of zijn twee World Superbike-titels (in 2010 en 2012), maar ook om zijn moeilijke relatie – of het gebrek daaraan – met Valentino Rossi.
4. Luca Cadalora
Zijn 125cc-titel met Garelli in 1986 en de twee die volgden in de 250cc met Honda Kanemoto (in 1991 en 1992) waren niet genoeg om Cadalora’s nieuwe rivalen in de koningsklasse te intimideren. Tijdens zijn drie jaar bij het Roberts Yamaha-team toonde Cadalora zijn genialiteit en eindigde als tweede in het 500c Wereldkampioenschap in 1994, achter Mick Doohan. Cadalora keerde in 1996 terug naar Kanemoto en eindigde de campagne op de derde plaats.
5. Marco Melandri
Nadat hij met Aprilia de 250cc-titel had gewonnen, was Melandri’s overstap naar de MotoGP geen makkie en waren zijn eerste twee seizoenen in de koningsklasse de zwaarste uit zijn carrière. In 2005 tekende de Italiaan voor Honda, waardoor Yamaha (die hem naar de MotoGP-klasse had gebracht) achterbleef, en Melandri schitterde en eindigde als tweede achter Valentino Rossi in het eindklassement.
6. Loris Capirossi
Nadat hij in 1995 de stap naar de 500cc maakte, besloot Capirossi voor twee seizoenen terug te keren naar de 250cc-klasse, ondanks het winnen van een race en het behalen van nog twee podiumplaatsen in de topklasse. In 2000 keerde hij voorgoed terug (nadat hij intussen een 250cc-titel had behaald) en reed voor Honda, Ducati en Suzuki, waar hij in 2011 eindelijk een einde aan zijn carrière maakte na een ongelooflijke 22 seizoenen in alle categorieën.