Danny de Boer zal niet langer uitkomen voor MGM Racing Performance in het IDM Superbike kampioenschap. De Boer en het Duitse Yamaha-team lagen niet op één lijn, waardoor de coureur uit Staphorst besloot om de samenwerking per direct te beëindigden. De Boer hoopt dit jaar nog op mogelijkheden om wedstrijden te rijden, om zo het seizoen op een goede manier te kunnen afsluiten.
Danny de Boer keerde dit seizoen terug naar Yamaha, het merk waarmee hij in 2016 de titel wist veroveren in de IDM Superstock 1000 klasse. Voor het seizoen 2018 ging The Farmer een samenwerking aan met het Duitse MGM Racing Performance team en was het doel om te vechten voor de titel in de IDM Superbike. In de winter kende het team van Michael Galinski een aantal tegenslagen, waardoor zij niet met de gewenste middelen aan de start kunnen verschijnen. Tijdens de eerste ronde van het kampioenschap op het circuit van Oschersleben zat het niet mee en kende De Boer met het team diverse technische uitdagingen.
Helaas bleken De Boer en het MGM Racingteam van eigenaar Michael Galinski niet op één lijn te liggen qua aanpak en het vinden van oplossingen, waardoor de 28-jarige coureur heeft besloten om de samenwerking te beëindigen. Een besluit dat voor De Boer en zijn management niet makkelijk is geweest, maar gezien de huidige situatie wel het beste lijkt.
Danny de Boer: ‘Voorafgaand aan het seizoen was het doel om voor de titel te gaan. Nu blijkt dat we niet de middelen hebben om te vechten voor het kampioenschap en dat was een flinke tegenvaller. Qua aanpak met het team zaten we niet op één lijn en dat heeft mij doen besluiten om de samenwerking te beëindigen. Een hele vervelende situatie en ik baal ook echt voor de monteurs en de data-man, want zij hebben hard gewerkt om alles op de rit te krijgen. Daar ben ik hun zeker dankbaar voor. Daarnaast wil ik de mensen bedanken die mij gesteund hebben in deze lastige periode. Ik hoop dat er dit jaar nog iets moois op mijn pad komt en sta dan ook zeker open voor andere mogelijkheden. Ik verwacht dat het seizoen nog niet voorbij is en blijf vol door trainen.’