Column Lennart van Houwelingen: Welkom in de wereld van het EK

154

Naast Bertus Folkertsma, James Toseland en Chris Vermeulen is dit seizoen Lennart van Houwelingen door Racesport.nl gevraagd om zijn ervaringen in het EK Superstock 600 op papier te zetten. Deze klasse is voor Lennart een totaal nieuwe wereld, met slechts één voorproefje in 2005. Of het hem nu beter af zal gaan zullen we snel genoeg weten.

Het was even rekenen, plannen en organiseren deze winter, maar het is toch echt gelukt. Ik, Lennart van Houwelingen, mag meerijden in het Europees Kampioenschap Superstock 600. Afgelopen seizoen heb ik in deze klasse mijn steentje bijgedragen op nationaal niveau. Een 2e plaats in het kampioenschap was het resultaat.




Daarom heb ik mijn zinnen gezet op een nieuw en hoger niveau, het Europees Kampioenschap. Dit was voor mij van groot belang omdat ik niet stil wil staan in mijn ontwikkeling. Gelukkig heeft men mijn Ôstapje verderÕ kunnen realiseren en kan ik jullie nu dolgelukkig melden officieel EK Superstock 600 rijder te zijn.

Veel verwachtingen van deze klasse heb ik helaas nog niet; vorig jaar werd mijn wildcard race verknald door een té strijdlustige Fransman. Deze winter heb ik met een nieuwe motor een nieuwe start gemaakt en is het team uitgebreid met twee fantastische aanwinsten: Marinho Gebhardt (begeleiding) en Johan Toetenel (monteur). Beiden mensen met een berg aan ervaring en motivatie, hetgeen wat ik nodig heb om verder te komen. Dit jaar zal voor mij een druk, leuk, maar ook moeilijk jaar worden omdat ik met veel nieuwe factoren te maken krijg. Nieuwe banen, nieuwe rijders, nieuwe mensen. Het is jammer dat ik niet meer tegen de oude, vertrouwde coureurs uit het ONK mag strijden (denk aan: Albert van Winkoop, Ronald ter Braake, Nigel Walraven en alle andere jongens uit de vorige jaren) maar de uitdaging lokt. Wel worden mijn ervaringen gedeeld met Marcel van Nieuwenhuizen, kampioen ONK Superstock 600 seizoen 2005, die ook de overstap waagt. Nieuwe ronde, nieuwe kansen.

De eerste ronde was voor mij afgelopen weekend het Europees Kampioenschap te Valencia. Een fantastische baan met een prachtig complex! De eerste ontmoeting tussen mij en deze baan was eerder dit jaar al een feit. Mijn voorjaarstrainingen vonden deels plaats op dit circuit. Hier had ik dus al enkele settings en punten vast kunnen stellen. Of ik hiermee goed weg kon komen, was de vraag. Na een lange reis kwamen Johan en ik (rest kwam donderdag per vliegtuig) woensdagavond aan op het paddock en konden we rustig de voorbereidingen treffen. Na een heerlijke nachtrust (heel wat beter dan de weinige uren in de caravan) kon ik mijn hart ophalen aan het ÔcircusÕ waar ik dit seizoen deel van uitmaak. Dikke campers, trailers en motoren trokken mijn aandacht, maar de plicht roept.

Er moest worden gewerkt aan de motor voor de technische keuring later die donderdag (18:00-19:00 uur) Toen we om half zes de eerste motoren al voorbij zagen gaan richting deze keuring, konden wij het natuurlijk niet laten en stonden we binnen enkele minuten klaar voor transport. Een slecht idee, aangezien het blijkbaar één van de normaalste zaken is dat eerst alle Italianen gekeurd worden, ongeacht ze vooraan of achteraan de rij staan. Na de motor íets breder te hebben gezet (lees: haaks op het pad) was het leed geleden en was de eerste keuring van dit jaar een feit.

Op naar het volgende punt van het programma: ÔFree PracticeÕ. Heerlijk, eindelijk weer eens op dat ding mogen klimmen en het gas opendraaien. Met een goed gevoel kon ik
mijn ronden maken en zelfs een 19e tijd op de lijst noteren. Hoewel ik goed in mijn vel zat, zat de motor dat iets minder aangezien hij nogal gleed. Het eerste EK-vraagstuk voor Johan dus. Deze ging, met enorme motivatie, direct op weg naar zijn ÔwonderschriftÕ en begon de motor te analyseren.

De eerste kwalificatie later die middag was zodoende een grotere test om het allemaal nog beter op de rit te krijgen. Constante verlagingen waren er wel, maar er werd in overleg met Barry Veneman besloten een wijziging aan te brengen om het Ôglij-probleemÕ te verhelpen. Een slecht plan, want dit pakte verkeerd uit en mijn beste tijd van deel 1 (1Õ45.756) werd niet meer verbeterd. Ik moest genoegen nemen met een 24e plaats, iets wat mij totaal niet zinde.

Voor degenen die mij niet goed, of geheel niet kunnen, zal ik mijn motivatie in enkele woorden verwoorden: Pole = tevreden. Alle andere opties vind ik onvoldoende. Daaruit volgt dat ik dus de tweede kwalificatie erop gebrand was nog meer uit mezelf én de motor te halen. Deze kwalificatie bleek dit wél te werken en kon ik mijn tijden constant opbouwen tot een prachtige 1Õ44.516! Niet slecht, een 14e startplaats in mijn EK Superstock 600 debuut. MaarrrrÉ nog lang niet genoeg!

Met een lichaam vol zenuwen (én een dr. Costa drankje i.v.m. vitamine-tekort) weer op de motor. Op een gegeven moment leek het dat deze zenuwen werden omgezet in adrenaline, zo geconcentreerd hing ik aan het gas deze start. Hij ging dus ook goed, ik kon direct de nummers 1 tot en met 10 gedag zeggen. Tijdens deze begroeting in bocht één kwam het drama, te gebeuren in bocht twee, met zoÕn 150 kilometer per uur dichter bij. De eerste bocht ging heerlijk omdat hier de snelheid redelijk hoog ligt. Maar dan komt bocht twee, een hairpin met een ÔietsÕ langzamer tempo. Als dan de 36 coureurs allemaal verschillende rempunten (of gewoon géén rempunt) hebben, kan er wel eens iets mis gaan. Ik zat in het midden van de kopgroep met ingaan van deze bocht. Met aardig wat tikken van links en rechts hield ik de motor nog goed, tot het laatste fatale Ôkuip-tegen-kuip werkÕ. Ik kwam door de kracht van rechts tegen mijn linker collega aan en kon mijn clipp-on niet van zijn motor houden. Binnen enkele seconden lag ik, met zoÕn 4 andere ongelukkige rijders in de grindbak te spartelen. Drie van hen konden zonder al te veel kleerscheuren verder. Mijn clipp-on was door het spektakel volledig total-loss verklaard evenals mijn eerste EK race.

Moeilijk om in dit geval positief te blijven. Een flinke klap voor je ego, je hebt wéér geen flauw idee hoe ver je nu echt had kunnen komen. Een flinke klap voor je motor, die er met beschadigd kuipwerk er toch iets minder charmant uitziet. Geen flinke klap voor het team. Zij hebben mij ontzettend gesteund en positief leren denken. Dit is een leerjaar, maar de resultaten die ik al heb geboekt in EK nummer één (14e startplaats) zijn zeker iets om trots op te zijn. Dat ben ik dan ook wel, alhoewel mijn doorzettingsvermogen en instelling me niet in de steek laten.

Ik wil zó ontzettend graag verder dan die eerste ronde en zien wat ik nu echt kan in deze klasse. De volgende kans voor dit alles is in Monza, 6 mei aanstaande. Ik ben benieuwd wat mij dat gaat brengenÉ Kan ik mijn 14e startplaats als ÔbeginnersgelukÕ beschouwen of gaan mijn motivatie, team en motor mij echt brengen naar de top, waar mijn doel zich op dit moment bevindt?

Meer informatie over Lennart, zijn carriére en zijn team is te vinden op www.some-racing.com.

Tekst: Lennart van Houwelingen
Bewerking: Evert Slager ([email protected])