Samen met mijn moeder en monteur (de broer van mijn vader) heb ik besloten om het seizoen af te maken. Afgelopen weekend hebben we een voorzichtige start gemaakt op het circuit van Assen tijdens de Dutch Superbikes. Na een aantal weken niet meer bezig te zijn geweest met de motorsport, werd pas op 7 juli besloten om deel te nemen aan het ONK Dutch Superbikes op 8 en 9 juli.
Op donderdag 6 juli had ik namelijk in het ziekenhuis van Geldrop een aantal onderzoeken voor de problemen met mijn onderarmen waarvan ik dit seizoen veel last ondervind. Uit de onderzoeken kwam naar voren dat de druk in de onderarmen enigszins verhoogd is, maar het was een randgeval. Aangezien het nogal een ingrijpende operatie is, hebben we samen met dokter Luiten besloten om het nog een tijdje aan te zien en met fysiotherapie te proberen het probleem te verminderen. Zodoende werd de operatie die was gepland op vrijdag 8 juli afgezegd en hebben we donderdags besloten om ons alsnog aan te melden voor deelname aan de races. Na zo’n 5 weken uit de roulatie te zijn geweest, had ik een kleine dag om de fiets te prepareren voor de races, en dit maal spijtig genoeg zonder mijn vader. Op dit soort momenten denk ik toch vaak aan hem terug; aan de uren die we samen in de werkplaats hebben doorgebracht en hoe we nog geen 6 weken geleden samen de fietsen aan het prepareren waren voor Silverstone.
De trainingen – 8 juli
Dit weekend hadden we ons voorgenomen om kennis te maken met het vernieuwde TT-circuit in Assen. Ook moest er gewerkt worden aan de zithouding en aan het vinden van de juiste cliponsstand. Op die manier willen we proberen het probleem met mijn onderarmen tegen te gaan. Daarvoor ben ik ook met de gehele hand gaan remmen in plaats van met de gebruikelijke twee vingers.
De eerste training was ik dan ook vooral bezig met het wennen aan het remmen met de 4 vingers. Al snel merkte ik dat ik minder last ondervind van de onderarmen. Zo kon ik gelukkig de gehele training benutten en dat is mij sinds de voorjaarstrainingen niet meer gelukt. Over de gereden tijd was ik nog niet zo te spreken, maar over het gevoel in de onderarmen was ik zeer tevreden.
De tweede training ging wel aardig, maar met 48 rijders was het druk op de baan. Dat maakte het lastig om een vrije ronde te rijden en daarom wist ik niet verder te komen dan een 18destartplaats.
De race – 9 juli
De start van de race was nogal chaotisch. Bij het gedrang in de eerste bocht kwam een 5-tal rijders ten val. Ik werd ook aangetikt en kon hem nog net overeind houden, maar belandde wel in het grind. Gelukkig voor de gevallen rijders en mij kwam er een herstart. Met wat hulp van het Suzuki-team hing de onderkuip er met een ty-rap weer aan vast.
Mijn tweede start was niet erg succesvol en met een 23ste doorkomst in de eerste ronde was er nog flink wat werk aan de winkel om in de top 10 te eindigen. Dat was toch wel mijn doelstelling na de resultaten van de trainingen. In de beginfase van de race had ik wat problemen om een aantal jongens voor mij voorbij te komen. Toen ik ze voorbij was en wat vrije ruimte voor me had reed ik een 1:46,9 en kreeg ik aansluiting bij Allard Kerkhoven en Virgil Amber Bloemhard en met zijn drieën reden we naar een groep voor ons. Met nog 1 ronde te gaan, was ik inmiddels beland op een 15de plaats. Ik merkte toch wel dat ik wat sneller was dan de jongens voor mij, maar het inhalen viel me een beetje tegen. Toch wist ik de rijders voor mij in de laatste ronden nog te pakken en kwam zo als 12de plaats over de finish. Met een betere start was ik zeker hoger geëindigd.
Nu gaan we alles klaar maken voor de EK-race in Brno Tsjechië op 21, 22 en 23 juli a.s. Nieuwe ronden, nieuwe kansen …