Metis Gilera rijder Marco Simoncelli wist op zijn thuiscircuit zijn eerste 250cc overwinning te pakken en bracht daarmee het Italiaanse publiek in extase. Alex Debon werd tweede voor Thomas Lüthi die daarmee zijn eerste 250cc podium pakte.
In tegenstelling tot de 125cc race, waar vanaf het begin van de race een groot lint van rijders werd gevormd, kregen de 250cc mannen het voor elkaar om al meteen vanaf het begin van de race op te breken in groepjes.
Op kop reden Alvaro Bautista en Marco Simoncelli met niet ver daarachter Hector Barberá, dan een klein gaatje naar Alex Debon, Lukas Pesek, Yuki Takahashi, Mattia Pasini, Thomas Lüthi, Hector Faubel, Manuel Poggiali en de slecht gestarte Mika Kallio.
De tweede groep viel echter al snel uit elkaar waarbij Lüthi zich aan sloot bij Debon, Pesek en Takahashi terwijl Pasini terugzakte en daarna in de buurt bleef van Faubel.
In de kop van het veld leek Bautista in de zesde ronde afstand te gaan nemen van Simoncelli om vervolgens in een van de snelle bochten onderuit te gaan. Simoncelli kreeg de leiding in handen maar was even zijn ritme kwijt waardoor Barberá aansluiting wist te vinden.
De rest van de race bleven de twee Aprilia rijders bij elkaar in de buurt, dan lag Barberá weer op kop en dan Simoncelli weer. Het was wel duidelijk dat Barberá de sneller motor had bij het uitkomen van de laatste bocht.
Bij de voorlaatste doorkomst kwam er een abrupt einde aan het gevecht toen Simoncelli op het rechte stuk iets naar links ging en daarbij Barberá raakte, daarbij werd de voorrem van de Spanjaard ingedrukt en die werd dan ook prompt over zijn machine geworpen en kwam duizelig van het aantal buitelingen maar ongedeerd tegen de muur tot stilstand. De Italiaan maakte een flinke wobble maar wist de controle te behouden en kon zo in de laatste ronde onbedreigd naar zijn eerste kwartliter overwinning rijden. Simoncelli trok de Gilera nog op het achterwiel waardoor Debon en de als derde geklasseerde Lüthi nog binnen een halve seconde van de Italiaan over de finish kwamen.
In de achterliggende groep ging het tijdens de race ook niet van een leien dakje want een paar ronden na de val van Bautista kwamen in een kort tijdsbestek ook Faubel, Lukas Pesek en Poggiali ten val waarbij Pesek, die tijdelijke de vierde plaats in handen had, en Poggiali afzonderlijk van elkaar in dezelfde bocht tegen de vlakte gingen. In de eindfase ging ook Yuki Takahashi, die toen de aansluiting bij Debon en Lüthi al kwijt was, onderuit.
Door alle valpartijen was het Kallio die uiteindelijk op kleine zeven seconden achterstand als vierde over de finish wist te komen, weer vijf seconden later kwamen Pasini en Locatelli vlak na elkaar over de finish. Daar achter volgden Karel Abraham, een in de eindfase teruggezakte Hiroshi Aoyama, Aleix Espargaro en Ratthapark Wilairot maakten de top tien van de 17 geklasseerde rijders vol.
Race uitslag | Stand na Mugello
